Een week nadat de Bank of Canada en de ECB de rente hebben verlaagd, houdt de FED zijn kruit nog droog. Woensdag besloot de FED de officiële rente onveranderd te houden. Positief was de lagere inflatie in mei (“overall inflation”), nadat de inflatie de maand ervoor nog was opgelopen.

Daarnaast was volgens Powell de Amerikaanse arbeidsmarkt niet meer ‘oververhit’. Vraag en aanbod van arbeid zijn volgens de centrale bankier meer in evenwicht dan voorheen. Men zou dus een renteverlaging verwachten, maar toch deed de bank dat nog niet.

De reden hiervoor is dat de FED nog onvoldoende vertrouwen heeft dat de inflatie naar 2% zal dalen en daar zal blijven. Men wil sterker overtuigd zijn dat de inflatie de goede kant opgaat. De ontwikkeling van de lonen zijn daar een belangrijke factor in.

Momenteel stijgen de lonen zo’n 4% op jaarbasis, wat te hoog is om de inflatie verder te laten zakken. Zolang de lonen nog zo hoog stijgen, lijkt het er niet op dat er een renteverlaging komt. Aan de andere kant zal een oplopende werkeloosheid die kans weer aanzienlijk vergroten.

Het rentecomité heeft in hun “dot plot” (verwachting van verschillende FED-leden over mogelijke rentestappen), gemiddeld genomen, voor dit jaar één renteverlaging ingetekend. Met de huidige stand van zaken lijkt dit eerder na september te zullen vallen.

Ondanks dat een mogelijke renteverlaging nu later lijkt te vallen, waren de aandelenbeurzen opgelucht dat de indicatoren de goede kant lijken op te gaan. De IT-aandelen zetten hun rally voort, en dan met name de aandelen die (lijken te) profiteren van de recente AI-golf.