Beste abonnee,

Veel mensen streven een prettig leven na. Een leven met weinig stress of zorgen, een goed gevulde bankrekening, en een goede gezondheid. Dat klinkt als een gelukkig bestaan, maar het is niet per se een zinvol bestaan, wat viel dieper is. En hebben we dat laatste niet liever? De Amerikaanse politiek-filosoof Robert Nozick (1938-2002) betoogde alvast van wel, en dat liet hij in 1974 ook zien met zijn beroemd gedachte-experiment uit Anarchy, State, and Utopia.

In dit gedachte-experiment, ‘de ervaringsmachine’, gaat Nozick uit van het idee dat wij kunnen leven in een tank waarin we elke gewenste ervaring kunnen hebben. Dit doen we door in te pluggen in een ‘ervaringsmachine’, waarop onze hersenen zo gestimuleerd worden dat het allemaal echt lijkt, net als in de film The Matrix.

De machine zorgt ervoor dat u voorgeselecteerde genotservaringen kunt hebben. Zo kunt u de ervaring (en het bijbehorende gevoel) krijgen van het schrijven van een geweldige roman, of dat u net een nieuwe vriend hebt gemaakt, of eender wat u maar wenst. En terwijl u deze gesimuleerde ervaringen hebt, ligt u dus eigenlijk in een grote tank, waarbij uw hersenen via elektroden zijn ingeplugd aan de machine.

Nozick stelt ons de vraag of we onszelf zouden aansluiten? Volgens hem zouden de meeste mensen de uitnodiging afslaan. Het inpluggen voelt namelijk aan als een soort zelfmoord dat ons weghoudt van een diepere realiteit. Een leven in zo’n tank zorgt dan misschien wel voor gelukkige ervaringen, maar niet voor zingeving, wat belangrijker is.

Echter, voor veel mensen (al heb ik het gevoel dat het minder wordt) is er geen tijd voor zingeving. Zij vullen hun dagen vrijwel volledig met activiteiten die dienen om het leven in stand te kunnen houden. Werken voor levensonderhoud. Het werk wordt vaak gezien als middel om geld te kunnen verdienen en om te (over)leven. Vervolgens put het werk hen zodanig uit dat zij in de avond op de bank neerploffen om wat te ‘Netflixen’.

Als de eerste levensbehoeftes vervuld zijn en er nog geld over is, dan gaat het vaak naar producten of diensten die een tijdelijk geluksgevoel geven (een nieuwe auto of vakantie) maar niets bijdragen aan zingeving. Eens het geluksgevoel weer verdwenen is, gaat men weer op zoek naar het volgende geluksmoment. Van prikkel tot prikkel, net als in de tank.

Genoeg geld hebben zou echter ook kunnen betekenen dat er tijd genoeg is om die te kunnen besteden aan zingeving, om net de afhankelijkheid aan die verslavende geluksmomenten te stoppen, en om te leren tevreden te zijn met wat u hebt. Enige nuance: geld is geen vereiste voor zingeving. Als u het kunt realiseren zonder (voldoende) geld, gefeliciteerd, maar de meesten lukt dat niet. Zij denken het geld nodig te hebben en leven net daardoor in angst.

Als u in de Matrix wil leven, prima, die keuze is aan u (althans dat denk ik, maar dat is een interessante filosofische discussie op zich), en ik veroordeel ze niet. Zelf streef ik naar een zinvol leven én een prettig leven, maar dan wel in die volgorde. Voldoende geld kan zeker bijdragen aan een prettig leven, maar ook aan een zinvol leven.

Zolang we leven in een maatschappij waarin geld een handig middel is voor het verkrijgen van producten en diensten, geef ik er de voorkeur aan om er voldoende van te hebben. Dat geeft me namelijk meer tijd voor zingeving, wat het allerbelangrijkste is, en tevens de mogelijkheid om geluksmomenten te creëren voor de mensen die ik liefheb, wat ook weer zinvol is. Utopia? Ik denk het niet.

Beste groeten,

Peter Tros