Beste abonnee,
Ik moet zeventien geweest zijn toen ik bij Mevr. De Decker voor het eerst “The Second Coming” van William Butler Yeats hoorde. Dat gedicht resoneerde bij mij zo sterk dat het voelde alsof het Universum zélf mij aansprak:
“Turning and turning in the widening gyre, the falcon cannot hear the falconer; things fall apart; the centre cannot hold; mere anarchy is loosed upon the world, the blood-dimmed tide is loosed, and everywhere the ceremony of innocence is drowned.”
We schrijven 2000, toen Paars nog aan de macht was in België, en iedereen kon zien hoe Verhofstadt – ooit een échte liberaal, vooral toen hij zijn Burgermanifesten niet zelf schreef – de laatste kans om de staatsfinanciën terug in orde te krijgen vakkundig de nek omwrong. In plaats van het fiscaal stelsel te hervormen dat de Vlamingen al meer dan een eeuw uitzoog ter meerdere eer en glorie van het Waalse socialisme, plunderde hij de pensioenfondsen van de staatsbedrijven. Zo kon hij meteen de cash innen. En de verplichtingen? Die kwamen later. ‘Aprés nous les mouches’. Staatsmanschap? Nul.
Vandaag, 25 jaar later, zien we de resultaten van dat beleid. België, ooit het vijfde rijkste land ter wereld, bengelt achteraan het peloton. Torenhoge belastingen op werk, de laagste pensioenen van Europa, een staatsschuld die met 507 EUR per seconde stijgt, en een middenklasse die met rasse schreden verdwijnt. Oorlog in een ander land: dat is nieuws. Maar de vele zelfstandigen die na een lange strijd voor het voortbestaan van hun zaak toch het bijltje erbij moeten neerleggen, zijn niet van tel. En zo swingen we van irrelevantie naar irrelevantie door het nieuws, richting de totale ‘verslaving’ van allen.
Maar zal ik u eens wat zeggen? We verdienen het. Dubbel en dik. Als er namelijk één ding is dat mij blijft fascineren, dan is het de enorme onverschilligheid van mensen tegenover het verlies van hun vrijheden. Ik word er zowaar zélf poëtisch van: “Toen de witte kassa kwam, protesteerde ik niet, want ik werkte niet in de horeca. Toen de boeren werden onteigend, protesteerde ik niet, want ik was geen boer. Toen ze de visserij kapot maakten, protesteerde ik niet, want ik was geen visser. Maar nu begrijp ik pas: eens ze mij tot slaaf maken, is er niemand die zal kunnen protesteren.”
Dit is dus mijn missie met SafeCapital: mensen zodanig financieel onafhankelijk maken dat ze wél nog kunnen protesteren. Wiens brood men eet, diens woord men spreekt. En mochten we straks volledig afhankelijk worden van de ECB, via het nieuwe systeem van centraal programmeerbaar geld, dan gaan we unisono hetzelfde liedje zingen: de negro spirituals van monetaire slaven. Ikzelf zing liever het Onze Vader, en dan nog in het Latijn. Als er één ding is waar die satanisten namelijk niet tegen kunnen, dan is het mensen die er zich van bewust zijn dat ze schatplichtig zijn aan hun creator. En niet aan hen.
Want vergis u niet: spreken helpt wel degelijk. Vergeet geen moment dat het monetair systeem een zwart-magisch systeem is, en dat magie enkel vat op u heeft als er genoeg verwarring kan gezaaid worden. Recht blijven spreken in totaal kromme situaties breekt die magie, en doet mensen ontwaken. Maar dan moeten goed geïnformeerde mensen ook effectief hun mond gaan opendoen, en het Goede, het Ware, en het Schone gaan verdedigen. Nu regeert enkel de domheid en de angst. Of zoals Yates het zo mooi zei: “The best lack all conviction, while the worst are full of passionate intensity.”
Ik ga dus gewoon door met zeggen wat ik denk. En ik blijf herhalen, tot het doordringt in het vakkundig gemanipuleerde bewustzijn van eenieder: Pecunia Centralis Delenda Est.
Soevereine groet,
Brecht Arnaert